In dit hoofdstuk ga ik het hebben over sluitertijd:
Sluitertijd is keuze S of Tv, is door mij het minst gebruikt.
Meest gebruikt bij sportfotografie, een voetballer moet bevroren zijn
Bevries je het onderwerp, of laat je juist beweging zien. Dat bepaal je met de sluitertijd.
Bepaalt je camera zelf, als gevolg van diafragma en ISO als je niet kiest voor S of Tv.
1/30 is ondergrens voor niet bewogen foto's. Daaronder statief gebruiken of je ISO hoger zetten.
Hieronder staat de belichtings-driehoek. Diafragma, Sluitertijd en ISO bepalen met z'n drieën de juiste belichting van je foto.
Bij de linker foto was het het doel het beeld te schetsen dat het OV van Rotterdam in beweging en snel is. Ik heb een 1/20 gebruikt om de tram wel herkenbaar te houden.
Bij de middelste foto heb ik "meegetrokken" met de auto (panning) om de snelheid van de auto te benadrukken. Ik heb hier een 1/250 gebruikt omdat anders de auto al snel bewogen in beeld zou komen.
De rechter foto moest het water het zachte effect krijgen. Dit onstaat door een langzame sluitertijd van 1.5 sec. En omdat alles scherp moest zijn was een F14 nodig, en dat is een klein gaatje dus ging de sluitertijd vanzelf omhoog.